“Robotchirurgie is booming”, roept Jelle Ruurda enthousiast. In 2003 was hij wereldwijd de eerste die op robotchirurgie promoveerde, sinds afgelopen najaar is hij in het UMC Utrecht de eerste hoogleraar op de nieuwe leerstoel ‘minimaal invasieve robot geassisteerde chirurgie’ oftewel robotchirurgie. Zijn verwachting: “Het aantal operatierobots zal snel fors toenemen”.
In de afgelopen twintig jaar zijn de operaties met een robot sterk verbeterd. “De robots zijn veel beter geworden: we kunnen bestaande operaties beter én we kunnen operaties doen die we zonder robot niet zouden kunnen. In die zin zijn ze soms levensreddend.”
Voordelen
De verschillen met laparoscopische operaties (kijkoperaties) zijn van oudsher al groot. “Daarbij werk je met twee rechte staven, dat lijkt toch een beetje op eten met stokjes. Een robot heeft polsjes die je heel flexibel kunt besturen. Bovendien is er een heel stabiel beeld, door dat de camera door een robotarm wordt vastgehouden. Het beeld wordt tien tot veertig keer vergroot, alles is dus duidelijker zichtbaar. Inmiddels zijn de voordelen van robotchirurgie voor slokdarmkankerpatiënten aangetoond met een gerandomiseerd onderzoek. Doordat de chirurg nauwkeuriger opereert, herstelt de patiënt sneller en is er minder kans op complicaties.”
In eerste instantie werd robotchirurgie in het UMC Utrecht vooral ingezet bij slokdarm- en maagkanker. Nu wordt de robot voor meer verschillende operaties gebruikt, zoals bij schildklierkanker, levertumoren, blaastumoren en gynaecologische kanker. Ook voor hartchirurgie wordt de robot steeds vaker ingezet. Het UMC Utrecht beschikt nu over twee robots. Totaal zijn er in Nederland nu 35 operatierobots, waarvan er vijf staan in de ziekenhuizen die met het UMC Utrecht in RAKU-verband samenwerken.
Toekomst
De nieuwe hoogleraar noemt hét grote voordeel van de operatierobot dat er een computer tussen jou en de patiënt in staat. Jelle: “Nu al heeft die computer veel slimme trucs. Als je bijvoorbeeld een darm moet doorsnijden, sluit je het eerst met nietjes aan beide kanten af. Dankzij die computer is te meten hoe dik het weefsel is dat je doorneemt en kan de druk van de nietjes worden aangepast. Dat voorkomt complicaties. Dit soort trucs zal enorm toenemen, daar verwacht ik veel van. Een voorbeeld van een nieuw hulpmiddel is de mogelijkheid om MRI-of CT-beelden die voor de operatie zijn gemaakt te integreren met live-beelden van de operatie. Deze beelden kunnen bijdragen aan de herkenning van anatomische structuren en het identificeren van wat verwijderd moet worden tijdens de operatie. Ook worden eerste stappen gezet met het automatisch herkennen van bloedingen en patronen die leiden tot complicaties. Kunstmatige intelligentie gaat in de komende jaren een grotere rol spelen bij robotchirurgie. Ik kan me voorstellen dat die robot straks zegt: ‘let op, jij wil hier linksaf, maar de meesten gaan in vergelijkbare situaties rechtsaf en behalen betere resultaten’. Ik zie het als onze taak om iets te vinden van zulke mogelijkheden en te helpen bij de invoering ervan.”
Prijs gaat dalen
Het aantal operatierobots gaat enorm toenemen, verwacht Jelle. “Tot nu toe was er slechts één aanbieder: Intuitive Surgical me t de da Vinci robot. Hierdoor is de prijs ervan hoog, onethisch hoog. Dit jaar denk ik dat daar al vier of vijf aanbieders bijkomen en de komende jaren zullen dat er tientallen zijn. De prijzen gaan hierdoor flink dalen. Ook zullen er meer eenvoudige robots komen die heel goed zijn in één specifieke taak, voor oogchirurgie bijvoorbeeld of voor operaties in de gehoorgang. Wij willen de toegevoegde waarde hiervan analyseren.”
Eerder opleiden
Jelle vindt dat ook het onderwijs in robotchirurgie moet meegroeien. Al jaren komen chirurgen uit de hele wereld naar het UMC Utrecht om te leren over robotchirurgie bij slokdarmkanker. “De volgende stap is om chirurgen al eerder op te leiden in het opereren met een robot bij verschillende aandoeningen.” Hij is voorzitter van de recent opgerichte Nederlandse werkgroep robotchirurgie. Deze werkgroep gaat congressen en trainingen organiseren om zo kennis te delen en zorg voor patiënten te verbeteren. “Voor toekomstige chirurgen is een opleiding in de robotchirurgie onmisbaar, evenals voor operatieassistenten, verpleegkundigen en onderzoekers.”
De komende jaren gaat kortom de chirurgierobot in al zijn verschijningsvormen een andere status krijgen, verwacht Jelle. “Nu wordt hij vaak nog als een te dure gimmick gezien, op termijn zal robotchirurgie erkend worden als basisvoorwaarde om een operatie goed te kunnen doen.”
Op 7 februari is het eerste Nederlandse robotchirurgiesymposium. Klik hier voor meer informatie.