Terug

Taenia solium

Taenia solium

Verrichting

Algemene informatie uitklapper, klik om te openen

De lintworm die in Nederland het meest frequent voorkomt is de Taenia saginata (runderlintworm). Een tweede soort, T. solium (varkenslintworm) komt in Nederland als importziekte voor. Infectie kan optreden door het eten van besmet rauw of niet goed doorbakken rund- of varkensvlees. Infectie met T. saginata is ongevaarlijk. De infectie verloopt vaak asymptomatisch maar kan aanleiding geven tot algemene malaise, buikklachten, diarree, gewichtsverlies en peri-anale jeuk. T. solium kan bij mensen het ziektebeeld (neuro)cysticercose veroorzaken. Cysticerci (tussengastheerstadium van T. solium) kunnen op verschillende plaatsen in het lichaam worden gevonden, met name hersenen, spieren en subcutis. Jaren na infectie kunnen ze daar symptomen veroorzaken, bijvoorbeeld epilepsie, focale neurologische uitvalsverschijnselen en intracraniële drukverhoging. Lintwormen kunnen 5 tot 10 meter lang worden. Ze hechten zich vast aan de darmwand, waarna er zogenaamde proglottiden uit groeien die eitjes gaan produceren. Deze bevruchte stukken (proglottiden) breken af en verlaten het lichaam o.a. via de ontlasting. De diagnostiek berust op microscopische detectie van eieren, macroscopische detectie van proglottiden en/of serologisch onderzoek.

Diagnostiek:
- Proglottiden in/op faeces: macroscopische detectie
- Faeces: microscopische en macroscopische detectie
- Serologie T. solium

Microscopische detectie
Voor onderzoek naar Taenia eieren wordt dezelfde procedure gevolgd als voor andere wormeieren, zie Wormeieren/cysten.

Macroscopische detectie
Indien er in verse faeces proglottiden gezien of gevonden worden, of iets dat er veel op lijkt, maakt men een preparaat tussen een deksel en de bodem van een petrischaal. Vervolgens kan men dit met de platgedrukte proglottide tegen het licht houden waardoor de vertakte uterus duidelijk zichtbaar wordt. T. saginata en T. solium kunnen onderscheiden worden doordat bij de T. saginata de uterus veel sterker vertakt is dan bij de T. solium.

Serologie
Voor het aantonen van cysticercosis kan serologie verricht worden. Materiaal voor serologisch onderzoek naar T. solium antistoffen (serum of liquor) wordt opgestuurd naar het RIVM.

Afleveradres materialen uitklapper, klik om te openen

UMC Utrecht, Medische Microbiologie
Loket 22, Huispostnummer G.04.427
Heidelberglaan 100
3584 CX Utrecht

BepalingTaenia detectie m.b.v. microscopie (eieren) en macroscopie (wormen)
TechniekPreparaat (natief), macroscopische beoordeling van proglottiden
IndicatiePatiënt verdacht voor Taenia infectie
MateriaalFeces of (deel van) worm
Benodigd volumeMinimaal 1 gram feces, of 1 proglottide
InzetdagMaandag t/m vrijdag
Uitslag bekend1 tot 2 dagen
ResultaatTaenia positief of negatief
OpmerkingenHet materiaal dient z.s.m naar het laboratorium gebracht worden, indien niet mogelijk: gekoeld bewaren
Informatie/contactAdministratie 088 75 588 29 of dd arts-microbioloog bacteriologie 74339
BepalingAntistoffen tegen Taenia solium (cysticercosis)
TechniekSerologie
IndicatiePatiënt verdacht van cysticercose
MateriaalSerum, liquor
Benodigd volume500 µl
Inzetdag 
Uitslag bekendZie tabel doorlooptijden externe onderzoeken virologie
ResultaatTaenia antistoffen positief of negatief
OpmerkingenDeze bepaling wordt uitbesteed
Informatie/contactAdministratie 088 75 588 29 of dd arts-microbioloog virologie 71762

Bedankt voor uw reactie!

Heeft deze informatie u geholpen?

Graag horen we van u waarom niet, zodat we onze website kunnen verbeteren.

Werken bij het UMC Utrecht

Contact

Afspraken

Praktisch

umcutrecht.nl maakt gebruik van cookies

Deze website maakt gebruik van cookies Deze website toont video’s van o.a. YouTube. Dergelijke partijen plaatsen cookies (third party cookies). Als u deze cookies niet wilt kunt u dat hier aangeven. Wij plaatsen zelf ook cookies om onze site te verbeteren.

Lees meer over het cookiebeleid

Akkoord Nee, liever niet