IC-belteam bracht voorspelbaarheid en rust
Dagelijks belden zij met familieleden van COVID-19-patiënten die op de IC lagen. Altijd voor een medische update, maar met aandacht voor de ‘thuisblijver’. Met een enorme toewijding ontlastten ruim 20 collega’s van de afdeling klinische genetica op deze manier collega’s van de IC. Deze week ronden ze samen deze intensieve periode van samenwerken af.
“Het is een mooi voorbeeld van dat we met zijn allen verantwoordelijk zijn voor de zorg voor onze patiënten,” zegt Klaske Lichtenbelt. Als klinisch geneticus houdt zij zich bezig met syndroom- en prenatale diagnostiek. Maar in COVID-tijd was alles anders: na de eerste berichtgevingen uit Italië en Brabant in maart 2020, maakte ze een plan en zette ze met haar collega’s de schouders eronder. “In ons vak voeren we regelmatig slechtnieuwsgesprekken met patiënten en naasten, bijvoorbeeld over een prenatale syndroomdiagnose of een genetische aanleg bij kinderwens, die ervaring kwam nu goed van pas.”
Voorspelbaarheid en rust
Ook Angela Schoemaker, die zich als physician assistent bezighoudt met onder meer erfelijkheidsonderzoek bij hart- en longziekten, nam actief deel aan het IC-belteam. “Je moet met elkaar doen waar je goed in bent. Op deze manier konden de artsen en verpleegkundigen van de IC hun kostbare tijd besteden aan de directe zorg aan het bed.” Aan de hand van een rooster belde het team tenminste een keer per dag, tussen 12.00 en 14.00 uur, zeven dagen per week. Later wisselden ze dit af met de IC-artsen. Dit bracht de families voorspelbaarheid. Klaske: “We werkten met vaste contactpersonen. Familieleden zaten vaak met een blocnote klaar om onze update te vertalen naar bijvoorbeeld een WhatsApp-bericht naar de rest van de familie. Dat gaf de IC ook rust en het voorkwam veel ruis.”
Gezamenlijke voorbereiding
Op het hoogtepunt lagen er zo’n 70 patiënten op de IC. Familieleden mochten niet op bezoek komen. Het belteam bereidde zich goed voor. Soms werd het naadje van de kous gevraagd, familieleden werden experts. Klaske: “Ook voor ons was dit onbekend terrein. We leerden IC-dossiers te lezen en maakten ons veel nieuwe afkortingen eigen. Samen met de IC-artsen maakten we handleidingen met meest gestelde vragen en we kregen een rondleiding over de IC. Dan had je er een beeld bij.” Angela: “Het medische stuk was in het begin wel spannend. Je moest een goede vertaling maken naar familie, elk specialisme heeft eigen vocabulaire. En elke dag kwamen er nieuwe woorden en betekenissen bij. Steeds andere wisselingen in beleid. Het was wel even wennen, maar we deden het echt samen.”
Positieve vibes
Ondanks verdrietige, zware en soms ongemakkelijke momenten, bleven collega’s tot het einde meedoen, ook nog toen de patiëntenzorg bij de klinische genetica weer op het normale niveau was. Het gaf echt een positieve vibe om op deze manier een bijdrage te kunnen leveren. Diederik van Dijk, medisch afdelingshoofd van de IC: “Normaal hebben onze IC-verpleegkundigen een of twee patiënten, nu veel meer. Familie/naasten belden meerdere keren per dag, mochten niet op bezoek komen en waren vaak getraumatiseerd. We hadden minder patiënten kunnen helpen als de klinisch genetici ons niet hadden geholpen. Het was absoluut fantastisch, er was een enorme bereidwilligheid.”
“En het gaat er niet om wat wij hebben gedaan, we hebben samen met de IC-collega’s de zorg kunnen leveren aan onze patiënten en hun naasten”, aldus Klaske. Angela vult aan: “De collega’s van de IC gaven ons het vertrouwen en een kijkje in hun keuken. Respect daarvoor, en fantastisch dat we dit als team samen hebben kunnen doen.”
Op de vraag wat er nog anders zou kunnen als de situatie zich nogmaals voor zou doen zegt Diederik: “Ik zou hen zeker weer vragen. En daarnaast ook extra aandacht geven aan het bieden van de continuïteit door de behandelaar, dat er een IC-arts is die een band met de naasten/familie opbouwt. Dat was tijdens de crisis niet altijd mogelijk.”