Neuropsychologen UMC Utrecht brengen boek uit
Neuropsychologen UMC Utrecht brengen boek uit
Vijf klinisch neuropsychologen en onderzoekers van het UMC Utrecht hebben, samen met zes collega’s van andere ziekenhuizen in Nederland, een nieuw boek uitgebracht: Hoe meneer Prins zijn gedachten kwijtraakte. Het boek is op 15 maart verschenen, en gaat over ‘die ene patiënt’ die de auteurs altijd is bijgebleven.
‘Dan, zomaar uit het niets, heeft ze het gevoel alsof de wereld om haar heen verandert. Alles lijkt ineens van plastic. Als ze naar haar eigen handen kijkt, lijkt ze wel een avatar. Niet blauw, zoals in de film, maar plastic, nep.’
De bovenstaande passage geeft een indruk van één van de casussen die de neuropsychologen in hun boek beschrijven. De tekst gaat over Lizzy, wier wereld van plastic lijkt. En zo zijn er in het boek nog tien bijzondere verhalen te vinden, van elke auteur één. Bijvoorbeeld het verhaal van Anja, voor wie woorden hun betekenis verliezen; van meneer Pietersen, die ten onrechte vreest voor dementie; en van meneer Prins, wiens angst bewaarheid wordt.
Breder delen
De schrijvers van Hoe meneer Prins zijn gedachten kwijtraakte die bij het UMC Utrecht (Neurologie en Neurochirugie) werken zijn: Irene Huenges Wajer, Josje Kal, Mariska Mantione, Martine van Zandvoort en Carla Ruis. “Alle elf hebben we onze opleiding, of in ieder geval een deel daarvan, in het UMC Utrecht gedaan”, vertelt auteur en klinische neuropsycholoog Carla Ruis. In het UMC Utrecht is zij onder andere betrokken bij de wakkere hersenchirurgie en de geheugenpoli. “Inmiddels werken een aantal collega's in andere centra, maar we hebben altijd heel intensief contact met elkaar gehouden. We houden allemaal van ons vak en delen bijzondere casuïstiek met elkaar.”
Het idee om die verhalen ook met het algemene publiek te delen ontstond ruim anderhalf jaar geleden, midden in coronatijd. Carla en haar collega’s zochten contact met Boom Uitgevers om hun idee te pitchen. De uitgeverij was meteen enthousiast, dus de groep kon aan de slag. “We hebben alle vergaderingen via Zoom gedaan”, zegt Carla. “Ondanks het gemis van elkaar echt ontmoeten liep het proces heel soepel.”
Mooie mix
Hoe kies je een geschikte casus, als je bijna dagelijks met bijzondere patiënten werkt? “Voor sommige collega's was meteen duidelijke welke patiënt ze zouden beschrijven, omdat er van een dergelijke casus maar één in je leven voorbijkomt”, aldus Carla. “Bij anderen is het verhaal een samenstelling geworden van meerdere patiënten, die een vergelijkbaar ziektebeeld hebben en tegen dezelfde problematiek aanlopen.”
Alles bij elkaar levert het een bont gezelschap op van mensen die vechten voor hun leven, leren leven met een beperking, zich noodgedwongen neerleggen bij een onvermijdelijk einde, en meer. Carla: “In onze ogen zijn het stuk voor stuk verhalen die de moeite waard zijn om te delen. Enerzijds omdat ze laten zien dat de relatie tussen hersenen en gedrag heel complex kan zijn, anderzijds omdat ze ook bij veel mensen voor herkenning kunnen zorgen.”
Op de foto: V.l.n.r.: Irene, Mariska, Carla en Martine. Josje ontbreekt op deze foto. ©Anne de Groot