TU/e, WUR, UU & UMC Utrecht starten samenwerking
TU/e, WUR, UU & UMC Utrecht starten samenwerking
De Technische Universiteit Eindhoven, Wageningen University & Research, Universiteit Utrecht en het UMC Utrecht intensiveren de samenwerking en vormen een nieuwe kennisalliantie. Ze investeren de komende acht jaar honderd miljoen euro in gezamenlijke onderzoek- en onderwijsprojecten om mondiale vraagstukken op te lossen. De instellingen bundelen hun complementaire expertises ten behoeve van oplossingen voor de problemen op gebied van gezondheid, voedsel, energie en duurzaamheid. De nieuwe kennisalliantie wordt vandaag officieel gelanceerd in aanwezigheid van onderwijsminister Ingrid van Engelshoven.
Arno Hoes, decaan en vicevoorzitter raad van bestuur UMC Utrecht over de kennisalliantie: “Wij hebben samen iets bijzonders in handen. Deze combinatie van kennis, expertise en disciplines is nog niet eerder samengebracht. Wij zijn in staat verschil in het leven van mensen te maken. Wij willen en kunnen door onze interdisciplinaire aanpak grote maatschappelijke problemen oplossen.”
Preventive Health en Circular Society
Het motto van de samenwerking is ‘Challenging future generations’. De uitdagingen waarmee toekomstige generaties te maken krijgen zijn groot, maar de mogelijkheden om die aan te gaan ook: deze vier instellingen vullen elkaar perfect aan. De focus in de samenwerking ligt op de maatschappelijke uitdagingen op het gebied van gezondheid, energie, voedsel en duurzaamheid. Een eerste rode draad in de samenwerking is Preventive Health. Door middel van o.a. artificial intelligence en basaal onderzoek (bv met organoïden) worden betere technieken voor vroegdetectie ontwikkeld en wordt het mogelijk medicijnen die voor elke individuele patiënt op maat zijn voor te schrijven. Dit in combinatie met het verbeteren van levensstijl, stelt mensen in staat langer gezond te leven en ontlast het zorgsysteem. TU/e, WUR, UU en UMC Utrecht hebben samen de benodigde data, techniek, kennis en faciliteiten om dit te realiseren.
Een tweede rode lijn in de samenwerking is Circular Society. De overgang naar een duurzame samenleving is een van de topprioriteiten van de Europese commissie. In 2030 moet een reductie van 50% van onze CO2 uitstoot gerealiseerd zijn. De partners werken al langer samen op het gebied van solar fuels en het modelleren van klimaatverandering. Binnen dit nieuwe initiatief worden nieuwe methoden ontwikkeld om de impact op het milieu te verminderen en om de schadelijke effecten van klimaatverandering en vervuiling op de gezondheid te beperken.
Interdisciplinair samenwerken
In lijn met het motto van de kennisalliantie is aan jonge toponderzoekers gevraagd initiatief te nemen. De vertegenwoordigers van de vier ‘Young Academies’ van de instellingen hebben hierbij samen opgetrokken. Ze pleiten ervoor dat out of the box gedacht wordt en de instellingen risico’s durven nemen. Dat leidt al tot ‘unusual collaboration’: onverwachte samenwerking ver over de grenzen van vakgebieden heen, gedreven door de nieuwsgierigheid van de onderzoekers, die tot evenzeer onverwachte resultaten kan leiden.
Jannie Wijnen (39), universitair hoofddocent UMC Utrecht is nauw betrokken bij de kennisalliantie en gaf woensdag 2 december in het Algemeen Dagblad een toelichting:
“Ik vind het heel eervol dat ik hiervoor ben gevraagd. Ik hoop dat we door deze bijzondere alliantie minder tegen bureaucratie aanlopen als we met onderzoekers van andere instanties willen samenwerken. Het is nu zoveel werk om een samenwerking aan te gaan, dat het afschrikt. Het wordt zo ook laagdrempeliger om dingen samen uit te proberen en risico’s te nemen. Als het niet lukt, is dat niet erg. Een van de onderwerpen in deze samenwerking is het gebruik van artificial intelligence om data sneller en beter te analyseren, dat raakt mijn eigen vakgebied. Ik ben nu zelf bezig met het onderzoeken van een geluidloze MRI die die beter in de hersenen kan kijken, daar heb ik een Vidi-subsidie voor gekregen. Ik zie nu al veel enthousiasme bij collega-onderzoekers en er zijn al veel leuke initiatieven waarbij mensen echt uit hun comfortzone stappen en de dialoog aangaan met onderzoekers waar ze normaal gesproken niet zo snel mee zouden samenwerken.”
Grote keuzemogelijkheden voor studenten en nieuwe onderwijsvormen
De instellingen gaan het mogelijk maken om zonder financiële of administratieve drempels bij een partnerinstelling onderzoek te doen of cursussen te volgen. Medewerkers kunnen gebruik gaan maken van elkaars labs en onderzoeksapparatuur, en er komen meer dubbelaanstellingen. Voor studenten wordt het heel overzichtelijk en gemakkelijk om vakken te volgen bij een partnerinstelling. Vanaf mei 2021 kunnen studenten zich via een nieuw ontwikkeld platform inschrijven. De kennisalliantie zet ook in op nieuwe onderwijsvormen. Een voorbeeld zijn interdisciplinaire projectgroepen, waarbij door studenten van verschillende instellingen gewerkt wordt aan concrete vraagstukken (het zogeheten ‘challenge based learning’). Ze adviseren bijvoorbeeld het Ministerie van Defensie over een nieuw concept voor de voedselvoorziening van militairen tijdens missies en operaties.
100 miljoen investeren
Het minimale budget dat de vier instellingen over de komende acht jaar voor ogen hebben is 100 miljoen. Ze investeren samen 50 miljoen, en rekenen op een verdubbeling van die middelen door samenwerking met externe partners in bedrijfsleven en maatschappij en het aantrekken van externe fondsen.
Minister Van Engelshoven is zeer positief over de nieuwe alliantie. “Het is heel goed dat deze vier instellingen zo nauw samenwerken. In onverwachte samenwerking over disciplines en instellingen heen schuilt ook zeker de kans op onverwachte resultaten. Mooi om te zien dat universiteiten echt de slag maken van concurrentie naar samenwerking.”
Voortbouwen op ervaring
In het verleden wisten de vier instellingen elkaar al op tal van onderzoeksgebieden te vinden. Dit leidde onder meer tot de succesvolle gezamenlijke masteropleidingen regenerative medicine en medical imaging. Daarnaast loopt er een reeks gezamenlijke onderzoeksprojecten, onder meer op het gebied van regeneratieve geneeskunde (bijvoorbeeld naar een gel voor hartherstel), het Netherlands Center for One Health, het digital food printing initiative en energieopslag in poreuze materialen. Deze nieuwe kennisalliantie bouwt voort op deze successen.
Over de partners
De vier kennisorganisaties verbinden kennis die impact creëert op gebied van life sciences, artificial intelligence for health, onderwijs en gezondheid. De TU/e excelleert op het terrein van hightech, artificial intelligence en samenwerking met de industrie. WUR is wereldtop op het gebied van Life Sciences, agrofood, natuur en duurzaamheid. UMC Utrecht is een toonaangevend academisch medisch centrum, waar topklinisch, basaal én translationeel onderzoek wordt gedaan.