Stimulatieschema eiceldonatie ontvangster met cyclus

U gaat binnenkort starten met een eiceldonatietraject. Op de polikliniek heeft u een voorbereidend gesprek gehad met uw arts, waarbij de behandeling is uitgelegd. In deze folder vindt u de informatie zoals met uw arts is besproken.

Belangrijk vóór u gaat starten met de behandeling

Binnenkort start u met een vruchtbaarheidsbehandeling. Voor de behandeling zijn specifieke medicijnen nodig. De overheid heeft bepaald dat de verstrekking van deze medicatie door het ziekenhuis waar de behandeling plaatsvindt, moet worden geregeld. Uw eigen apotheek krijgt de kosten voor de levering van de medicatie niet vergoed. Om die reden kunt u de medicatie voor uw vruchtbaarheidsbehandeling niet ophalen bij uw eigen apotheek.

Landelijk Schakel Punt (LSP) / Actueel Medicatie Overzicht (AMO)

U dient uw recept in te leveren bij de poli-apotheek in het UMC Utrecht. Het is van belang dat u de poli-apotheek van het ziekenhuis laat weten als u nog andere medicijnen gebruikt. Dit kan het snelst als u aangemeld bent bij het Landelijk Schakel Punt (LSP). Via het LSP kan digitale uitwisseling van medicatiegegevens plaatsvinden. Informatie over het LSP en het geven van toestemming voor het elektronisch opvragen van medicatiegegevens, kan via www.ikgeeftoestemming.nl.
Toestemmingsformulieren zijn ook te verkrijgen bij de poli-apotheek UMC Utrecht of op de polikliniek Voortplantingsgeneeskunde (receptie 38).

Wilt u zich niet aanmelden bij het LSP, dan heeft u een recent medicatieoverzicht van uw eigen apotheek nodig. U kunt een Actueel Medicijn Overzicht (AMO) opvragen bij uw eigen apotheek.
De poli-apotheek UMC Utrecht bevindt zich op de begane grond en is geopend op werkdagen van 8.30 uur - 17.30 uur. In het weekend is de poli-apotheek gesloten.

Koorts

Als uw partner/zaaddonor enkele dagen tot drie maanden voor de behandeling koorts (>38 °C) heeft gehad, dan kan dit de kwaliteit van het sperma nadelig beïnvloeden. Bevruchting van de verkregen eicellen kan daardoor minder goed verlopen of zelfs geheel uitblijven. Als uw partner/donor koorts heeft gehad adviseren wij u altijd even telefonisch contact op te nemen om de voortgang van de behandeling te bespreken. Dat kan via het verpleegkundig spreekuur (zie Contact).

Foliumzuur

De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) van het ministerie van VWS adviseert iedere vrouw die zwanger wil worden 0,4 mg foliumzuur per dag te gebruiken vanaf vier weken vóór de bevruchting, tot een zwangerschapsduur van tien weken. Hierdoor wordt de kans op het krijgen van een kind met een neuraalbuisdefect (bijvoorbeeld een open ruggetje) verkleind. In het geval van een eiceldonatiebehandeling dienen zowel de ontvangster als de donor foliumzuur te gebruiken. Foliumzuur is een zogenaamd zelfzorgmiddel en wordt niet door de verzekering vergoed. Het is zonder recept verkrijgbaar via de apotheek en drogist.

Aantal behandelingen

In het UMC Utrecht werken wij volgens bepaalde kwaliteitsnormen. Om te zorgen dat u een goede behandeling krijgt die aan deze normen voldoet, moeten wij een grens stellen aan het aantal behandelingen dat we kunnen doen. Dit kan betekenen dat u niet altijd in de gewenste maand (cyclus) kunt starten, maar een cyclus over moet slaan.

Tijdens de behandeling uitklapper, klik om te openen

Schema ontvangster

Mevrouw __________

U start op de eerste dag van uw eigen menstruatie met Microgynon 30®, één keer per dag één tablet. Het is belangrijk dat u de Microgynon 30® blijft slikken tot de hieronder genoemde data. Als de strip op is begint u de volgende dag met een nieuwe strip, u houdt dus geen stopweek.

1. Vanaf _____ - _____ - _____ gaat u naast de Microgynon 30® ook Decapeptyl® injecties gebruiken (iedere dag tussen 16.00 en 20.00 uur, het liefst rond hetzelfde tijdstip).
2. Op _____ - _____ - _____ stopt u met de Microgynon 30®. Op deze dag geen pil meer nemen. U gaat gewoon door met de Decapeptyl®. In de hierop volgende week kan u een menstruatie verwachten.
3. Op _____ - _____ - _____ start u met Progynova® tabletten drie keer per dag één tablet van 2 mg (tenzij anders met u afgesproken).
4. Op _____ - _____ - _____ komt u beiden om _____ uur naar receptie 38 waar u zich meldt en legitimeert. Op deze dag willen we ook graag de aan u uitgereikte behandelcontracten ingevuld en ondertekend van u terug. De donor en de ontvangster laten beiden een echo maken ter controle van de baarmoeder en eierstokken. Als het echo-onderzoek van u en de donor goed is mag de donor dezelfde dag starten met Menopur®/Gonal-F® (hierna FSH genoemd). FSH dient u iedere dag tussen 16.00 en 20.00 uur te injecteren, het liefst rond hetzelfde tijdstip. Indien het echo-onderzoek niet goed is, krijgt u nieuwe instructies (meestal betekent dit dat de dosis Progynova® wordt opgehoogd en dat het hele schema met een week verschuift).
5. U blijft doorgaan met dagelijks Progynova® te gebruiken.
6. Op de dag dat de donor de Ovitrelle® moet spuiten, mag u stoppen met de Decapeptyl®. U blijft doorgaan met de Progynova®. Er wordt verder ook met u afgesproken wanneer de punctie zal plaatsvinden.
7. U start de avond vóór de punctiedag (van de donor) met 200 mg Utrogestan® (vaginaal inbrengen). Daarna driemaal per dag 200 mg tot en met de 15e dag na de punctie. U gaat ook nog door met de Progynova®.

Instructies voor de man

U bent samen met uw partner bezig met een eiceldonatieprocedure. Voorafgaand aan/tijdens de eicelpunctie bij de donor, vragen we u om in een speciale ruimte in de kliniek zaad te produceren. De kwaliteit van zaad lijkt het best als de laatste zaadlozing niet korter dan twee of langer dan vijf dagen geleden is.

Op de afgesproken datum en tijd krijgt u op het IVF-laboratorium (receptie 39) twee potjes met schroefdop, gemerkt ‘1’ en ‘2’. Vóór u de zaadlozing op gang brengt, wast u de top van de penis met water (geen zeep gebruiken), u droogt deze af en wast daarna uw handen. Gebruik hierbij ook geen zeep. Bij de zaadlozing vangt u de eerste twee stoten op in potje 1 en de rest in potje 2. In dit zogenaamde “split-ejaculaat” bevat het eerste potje de meeste zaadcellen en prostaatvocht, terwijl het tweede potje vooral de uitscheidingsproducten van de zaadblaasjes bevat. Beide potjes geeft u daarna bij het laboratorium af.

Waar moet u nog meer aan denken?

1. Vergeet niet om uw legitimatiebewijs mee te nemen.
2. Als u drie maanden of korter voorafgaand aan de behandeling koorts (temperatuur boven 38°C) hebt gehad, verzoeken wij u dit te melden.
3. Mocht er onverhoopt sperma verloren zijn gegaan, wilt u dit dan even melden? 

Embryoterugplaatsing

Embryoterugplaatsingen vinden bij ons ’s middags plaats. Op de dag van de geplande terugplaatsing krijgt u tussen 11.00 en 12.00 uur van ons een sms met het tijdstip van de terugplaatsing. Meer informatie over het aantal en de kwaliteit van het embryo/ de embryo’s krijgt u bij de terugplaatsing zelf te horen.
Als er geen (geschikt) embryo is om terug te plaatsen, dan ontvangt u geen sms en wordt u door ons gebeld.

Er mogen geen kinderen bij de terugplaatsing aanwezig zijn.

Voor de terugplaatsing op doordeweekse dagen mag u zich eerst melden en legitimeren bij receptie 38 waarna u kunt plaatsnemen in de wachtruimte. In het weekend kunt u zonder u eerst te melden plaatsnemen in de wachtruimte. Een gevulde blaas kan de terugplaatsing vergemakkelijken. Daarom adviseren we u twee uur voor de terugplaatsing niet meer naar het toilet te gaan.

Na de terugplaatsing gaat u door met Progynova® en Utrogestan®. Door deze hormonen zal er meestal geen menstruatie optreden. Ook als u niet zwanger bent. 

Vijftien dagen na de punctie mag u thuis een zwangerschapstest doen. U kunt de uitslag van de test doorgeven aan de verpleegkundige via het patiëntportaal of telefonisch tijdens het verpleegkundig spreekuur. Als u zwanger bent maken wij voor u een afspraak voor een zwangerschapsecho.

Indien u zwanger bent, plannen wij voor u een eerste echo. U dient door te gaan met Progynova® en Utrogestan® tot een zwangerschapsduur van 12 weken. 

Als er 10-15 dagen na de punctiedatum een menstruatie optreedt, is de behandeling helaas niet gelukt. Bij twijfel of als de menstruatie niet doorzet, raden wij u aan om door te gaan met de hormonen en voor de zekerheid een zwangerschapstest te doen. Indien u helaas niet zwanger bent, maakt u (indien nog niet gepland) een afspraak op de polikliniek. U kunt dan het verloop van de behandeling met uw arts bespreken, en eventueel een nieuwe (cryo) behandeling voorbereiden. Dit kan soms ook middels een telefonisch consult.

Schema donor

Mevrouw __________

U start op de eerste dag van uw eigen menstruatie met Microgynon 30®, één keer per dag één tablet. Het is belangrijk dat u de Microgynon 30® blijft slikken tot de hieronder genoemde data. Als de strip op is begint u de volgende dag met een nieuwe strip, u houdt dus geen stopweek.

1. Op _____ - _____ - ______ gaat u naast de Microgynon 30® ook Decapeptyl® injecties gebruiken (iedere dag tussen 16.00 en 20.00 uur, het liefst rond hetzelfde tijdstip).
2. Op _____ - _____ - ______ stopt u met de Microgynon 30®. Op deze dag geen pil meer nemen. U gaat gewoon door met de Decapeptyl®. In de hierop volgende week kunt u de menstruatie verwachten.
3. Op _____ - _____ - ______ komt u beiden om ______ uur naar receptie 38 waar u zich meldt en legitimeert. Op deze dag willen we ook graag de aan u uitgereikte behandelcontracten en gezondheidsvragenlijst ingevuld en ondertekend van u terug. De donor en de ontvangster laten beiden een echo maken ter controle van de baarmoeder en eierstokken. Als het echo-onderzoek van u en de ontvangster goed is mag u starten met dagelijks eenheden FSH. Indien het echo-onderzoek niet goed is krijgt u nieuwe instructies.
4. Op _____ - _____ - ______ komt u voor controle. Op het afgesproken tijdstip meldt en legitimeert u zich bij receptie 38 waarna u kunt plaatsnemen in de wachtruimte bij receptie 38. Na de echo hoort u van de arts of er nog een controle echo moet plaatsvinden. De afspraak hiervoor wordt vervolgens meteen bij receptie 38 gemaakt.
5. Als de stimulatie goed is verlopen en de eiblaasjes zijn voldoende groot dan hoort u van ons hoe laat de u de Ovitrelle® moet spuiten. 34-36 uur na de Ovitrelle® injectie zal de punctie verricht worden. Op de dag dat u Ovitrelle® spuit, mag u stoppen met de Decapeptyl® en FSH.

De follikelpunctie (aanprikken van de eiblaasjes)

Op de dag van de punctie dient u zich eerst te melden en te legitimeren bij receptie 38. Het advies is om uw partner/familielid/vriend(in) mee te nemen naar de punctie. Wij raden u aan om ongeveer 1,5 uur voor de punctie 1000 mg Paracetamol (2 tabletten van 500 mg) en 50 mg Diclofenac® (1 tablet van 50 mg) in te nemen. Alleen Diclofenac® wordt door ons op recept voorgeschreven. Paracetamol® 500 mg is zonder recept verkrijgbaar bij apotheek en drogist.

Voor de plaatselijke verdoving wordt een speculum (eendenbek of spreider) in de vagina gebracht. Vervolgens krijgt u twee injecties in de vaginawand. Meestal voelt u hier weinig van. Soms kunt u een branderig gevoel ervaren. Mocht er een beetje verdovingsmiddel in de bloedbaan komen, kunnen de volgende verschijnselen optreden:

• vieze smaak in de mond
• duizeligheid
• oorsuizen

Deze verschijnselen zijn ongevaarlijk en trekken na een aantal minuten weer weg. Na het aanbrengen van de verdoving wordt het speculum verwijderd. Vervolgens worden de eierstokken met de echo in beeld gebracht.
Het aanprikken en leegzuigen van de follikels zal nu plaatsvinden. De eierstokken zelf kunnen we niet verdoven. Het aanprikken van de eierstok kan gevoelig zijn. U kunt dit voelen als een stompje in de buik of als een elektrisch schokje. Vaak komen de eicellen met de opgezogen vloeistof mee naar buiten, maar niet altijd. Het aantal gevonden eicellen kan lager zijn dan het aantal follikels.
Als de punctie is verricht wordt het speculum soms nogmaals ingebracht om te zien of de prikgaatjes niet meer bloeden. Alles bij elkaar duurt de punctie, inclusief de voorbereidingstijd, ongeveer veertig minuten.
Over het algemeen is de combinatie van Paracetamol® en Diclofenac® en deze plaatselijke verdoving voldoende om een punctie goed te verdragen. Als het nodig is kunnen wij u extra pijnstilling of een rustgevend middel toedienen.

Aanvullende pijnstilling

In sommige gevallen is het raadzaam om u aanvullende pijnstilling te geven. Dit krijgt u in de vorm van een morfine-achtig preparaat: Rapifen®. Omdat dit intraveneus (in het bloedvat) toegediend wordt, krijgt u voor de punctie een infuus in uw arm. Hierna volgen we de procedure als hierboven beschreven tot het moment dat de eierstok aangeprikt kan worden. Dan wordt eerst Rapifen® toegediend. Omdat dit direct in een bloedvat wordt gespoten werkt het middel snel. Daarna prikt de arts de eierstok(ken) aan. Rapifen® haalt de scherpe kantjes van de pijn af. Dit medicijn kan bijwerkingen hebben, zoals een bloeddrukdaling waardoor u misselijk en/of duizelig kunt worden. Vanwege deze bijwerkingen wordt Rapifen® niet als standaard pijnstilling gebruikt. Na afloop van de punctie blijft u na het gebruik van Rapifen® nog minimaal een uur in de uitrustkamer.

Als u erg tegen de follikelpunctie opziet, vraag dan om een rustgevend middel. Wij gebruiken hiervoor Dormicum®. Dit middel kan via een tablet (de avond voor de punctie of twee uur voor de punctie) ingenomen worden, maar kan ook intraveneus worden toegediend. In het laatste geval krijgt u voor de punctie een infuus in uw arm.

U mag na deze medicatie 24 uur geen auto rijden, in verband met invloed op het reactievermogen en beoordelingsvermogen. Het is dus belangrijk dat uw partner of iemand anders dat doet. Wij adviseren u de dag van de punctie niet te werken en geen afspraken te maken, zodat u rustig aan kunt doen.

Als u aanvullende pijnstilling of een rustgevend middel wilt, kunt u dit van tevoren bij de arts aangeven. Dit kan ook nog op de ochtend van, dan wel tijdens de punctie besloten worden. Mocht de punctie ondanks de extra pijnstilling nog als erg pijnlijk worden ervaren, is er ook nog een mogelijkheid om bij een volgende behandeling de punctie onder ‘consious sedation’ te laten verrichten.

Na de punctie mag u stoppen met alle medicatie. De behandeling is dan voor u afgelopen. In de periode na de punctie kunt u last hebben van een opgezette buik en wat buikpijn. Bij koorts of sterke gewichtstoename moet u contact opnemen met het behandelcentrum.

Indien u vragen heeft over de behandeling, dan kunt u deze stellen via het patiëntenportaal of telefonisch via het verpleegkundig spreekuur. 

Samenvatting

Ontvangster

1. _____ - _____ - _____ start Decapeptyl®.
2. _____ - _____ - _____ stop Microgynon 30®.
3. _____ - _____ - _____ start Progynova® (doorgaan Decapeptyl®).
4. _____ - _____ - _____ echo-onderzoek (doorgaan Progynova® en Decapeptyl®).
5. Dag van de Ovitrelle®-injectie bij de donor: stop Decapeptyl®.
6. Avond voor de punctie bij de donor: start Utrogestan® (doorgaan Progynova®).
7. Doorgaan Progynova® en Utrogestan® tot 15 dagen na de punctie, dan zwangerschapstest. Indien u zwanger bent doorgaan tot een zwangerschapsduur van 12 weken.

Donor

1. _____ - _____ - _____ start Decapeptyl®.
2. _____ - _____ - _____ stop Microgynon 30®.
3. _____ - _____ - _____ echo-onderzoek en start FSH eenheden. Doorgaan Decapeptyl®.
4. _____ - _____ - _____ controle: echo-onderzoek (stimulatiedag 8).
5. Dag van de Ovitrelle®-injectie: stop FSH en Decapeptyl®.
6. Punctie verwacht rond _____ - _____ - _____

Medicijninstructie

Microgynon 30® (Ethinylestradiol/Levonorgestrel)

Vanaf begin menstruatie, één keer per dag één tablet.

Progynova® (Estradiol)

Drie keer per dag 2 mg (tenzij anders met u afgesproken) tot en met de 15e dag na de punctie bij de donor. Als u zwanger bent, dient u nog langer door te gaan met deze medicatie, namelijk tot een zwangerschapsduur van 12 weken.

Utrogestan® (Progesteron)

Vaginaal inbrengen. Op de avond voor de punctie brengt u eenmalig 200 mg in. Daarna brengt u drie keer per dag 200 mg in. Dit doet u tot en met de 15e dag na de punctie van de donor. Als u zwanger bent, dient u nog langer door te gaan met deze medicatie, namelijk tot een zwangerschapsduur van 12 weken.

Utrogestan® veroorzaakt vaginale afscheiding, dit is normaal. De werkzame stof wordt in voldoende mate in het lichaam opgenomen. Ook kan dit middel de menstruatie uitstellen, zonder dat er sprake is van een zwangerschap. 

Decapeptyl® (Triptoreline)

Eén keer per dag 0,1 mg per subcutane injectie, tussen 16.00 - 20.00 uur.

Menopur®/Gonal-F® (FSH)

Eén keer per dag, onderhuidse injectie tussen 16.00 - 20.00 uur.

Ovitrelle® (Choriongonadotrofine-alfa)

1 voorgevulde pen à 250 microgram 34-36 uur voor de punctie.

Diclofenac® 50 mg

1 tablet innemen ongeveer 1,5 uur voor de follikelpunctie.

Paracetamol® 1000 mg

2 tabletten van 500 mg innemen ongeveer 1,5 uur voor de follikelpunctie.

Zorgkosten uitklapper, klik om te openen

Contact uitklapper, klik om te openen

Het maken van afspraken kan op werkdagen van 08.00 - 16.00 uur.

Het verpleegkundig spreekuur is bereikbaar op werkdagen van 8.30 – 10.00 uur en 14.30 – 15.30 uur. 
Het inplannen van uw behandeling kan op werkdagen van 8.30 – 11.30 uur.