Binnenkort wordt bij u een ‘flow-residu meting’ gedaan. Dit onderzoek is nodig om te onderzoeken hoe u plast en de sterkte van de plasstraal is. Het onderzoek bestaat uit twee delen: flowmeting en residumeting. De flowmeting meet de plasstraal, de residu meting wordt gedaan om te onderzoeken of u uw blaas leeg plast. Het onderzoek vindt plaats op de polikliniek urologie.
Een flow en residu meting is een onderzoek naar de wijze waarop u plast. Er worden geen catheters (slangetjes) ingebracht bij dit onderzoek. Tijdens het onderzoek worden de kracht van de straal, de duur en hoeveelheid van de plas gemeten. Verder wordt er gekeken of u gelijkmatig of met onderbrekingen plast. Dit kan uitgezet worden in een curve. De uitslag van het onderzoek geeft de arts informatie over de werking van uw blaas.
Voorbereiding uitklapper, klik om te openen
Het is belangrijk om met een volle blaas naar de polikliniek te komen. Dit houdt in dat u een paar uur voorafgaande aan uw afspraak moet proberen uw plas op te houden. Om zeker te zijn van een volle blaas kunt u de laatste paar uren voor uw afspraak veel gaan drinken. Lukt het niet om een met een volle blaas te komen, kom dan een uur eerder dan uw afspraaktijd zodat u op de polikliniek extra kunt drinken. Eventueel begint u al met drinken als u onderweg bent naar de polikliniek en drinkt u nog wat terwijl u in de wachtkamer op uw afspraak wacht. Wanneer u flinke aandrang krijgt om te plassen kunt u zich melden bij de verpleging voor de flowmeting.
Tijdens het onderzoek uitklapper, klik om te openen
Flowmeting
U plast tijdens het onderzoek op een speciaal toilet. U moet proberen zo normaal mogelijk te plassen. De straal waarmee u uitplast wordt door het toilet gemeten en wordt in een curve geregistreerd. Op de curve die gemaakt wordt kan de arts de kracht van de straal en de hoeveelheid urine de u plast aflezen.
Let op: Op dit toilet mag u alleen plassen. In het toilet mag geen ontlasting en/of toiletpapier terecht komen. U mag niet doorspoelen want dan mislukt de meting.
Residumeting
Na de flowmeting wordt gekeken of u uw blaas goed heeft leeg geplast. Dit gebeurt door middel van echo-apparatuur. Voor deze meting dient u uw onderbuik te ontbloten. U krijgt wat gel op uw onderbuik, waarna de echo gemaakt word. Hierbij wordt bepaald hoeveel milliliter er eventueel is achtergebleven na het plassen.
De flow- en residumeting vindt in het algemeen plaats voor uw bezoek aan de arts. Tijdens het bezoek bespreekt u de uitslag van het onderzoek met uw arts.