U bent, of wordt aangesloten op een thoraxdrain (thorax = borst, drain = slang). Een thoraxdrain heeft als doel vocht of lucht dat zich tussen het longvlies en borstvlies bevindt, af te zuigen (draineren) via een kunststof slang.
Tijdens het onderzoek uitklapper, klik om te openen
Inbrengen van de drain
De arts brengt de drain onder plaatselijke verdoving in. De verdoving geeft een tintelend gevoel. Wanneer de verdoving is ingewerkt maakt de arts een kleine snee in de huid. Daarna brengt hij de drain tussen twee ribben in. Het inbrengen van de drain geeft een drukkend gevoel. Het is belangrijk dat u tijdens het inbrengen van de drain niet beweegt of hoest.
Na het inbrengen wordt de drain aan een opvangsysteem vastgemaakt. De drain en de slang worden goed vastgemaakt om losschieten te voorkomen. Op de longfunctiekamer gebeurt dit met behulp van een hechting bij de draininsteekopening. Daarna wordt de insteekopening verbonden. Op de verpleegafdeling plakt een verpleegkundige de slang met pleisters vast op uw buik.
Het plaatsen van de thoraxdrain gebeurt meestal op de longfunctiekamer op de tweede verdieping, soms op de verpleegafdeling. Wanneer het inbrengen op de longfunctiekamer plaatsvindt, wordt u daar met bed naar toegereden. Als u geopereerd wordt aan een long, krijgt u ook een thoraxdrain. Deze wordt tijdens de operatie ingebracht, terwijl u nog slaapt.
Figuur 1
Omdat lucht meestal het hoogste punt, wordt de thoraxdrain meestal zoveel mogelijk bovenaan de long geplaatst. Meestal tussen de tweede en derde rib.
Figuur 2
Vocht tussen het longvlies en borstvlies (pleuravocht) verzamelt zich onderaan de long. De thoraxdrain wordt tussen de vijfde en zesde rib geplaatst.
Het thoraxdrainage systeem
Een thoraxdrainage systeem bestaat uit de volgende onderdelen:
- De drain zelf: een dunne kunststof slang die tussen de twee ribben door in de borstholte wordt ingebracht. De drain ligt dan tussen het borstvlies en het longvlies.
- De afzuigslang: een soepel verbindingsstuk van de drain die vastzit aan de opvangbak.
- Het opvangsysteem: Een thopaz drainage systeem. Dit is een digitaal drainage systeem. Het heeft een plastic opvangbak waarin vocht wordt opgevangen.
- Een ‘waterslot’: dit voorkomt dat lucht van buitenaf in de borstholte komt. Het zorgt er wel voor dat de lucht, die reeds tussen het borst- en longvlies zit, afgevoerd kan worden. Dit waterslot zit verwerkt in het opvangsysteem.
- Een thopaz laadstation. Het digitale systeem zorg ervoor dat er continue aan de drain gezogen wordt als dit nodig is. We vragen u de drainbak op het laadstation te zetten als u in uw bed ligt. Zo raakt de accu niet leeg.
Na het onderzoek uitklapper, klik om te openen
Controle
Dagelijks controleert de verpleegkundige de insteekopening en verbindt deze opnieuw. De verpleegkundige controleert eveneens de pleisters op uw buik. Mocht u merken dat de pleisters loslaten, meldt dit dan aan een verpleegkundige. Hij of zij plakt de slang dan weer zodanig af, dat de kans op knikken zo klein mogelijk is.
Belangrijke aandachtspunten
Als u aangesloten bent op een thoraxdrain, is het belangrijk dat u op de volgende punten let:
- Valt de bak om, waarschuw dan direct een verpleegkundige.
- Waarschuw direct een verpleegkundige als u plotseling benauwd wordt.
- Waarschuw direct een verpleegkundige als de slang losschiet.
- Zorg ervoor dat het opvangsysteem aan de tegenovergestelde zijde van de insteekopening staat. U voorkomt daarmee het knikken van de slang. Het knikken belemmert namelijk de afvoer van lucht en vocht. Bij het aflopen van vocht is het belangrijk dat de slang regelmatig ‘geheveld’ wordt. Hier kunt u ook zelf op letten. De verpleegkundig zal er ook op letten als zij bij u op de kamer is.
- Zolang u een thoraxdrain hebt, mag u niet onder de douche.
- U kunt met de thoraxdrain mobiliseren en rondlopen. U mag er ook mee van de afdeling af, geef dit dan wel door aan de verpleegkundige.
- Een goede ventilatie van de longen is belangrijk. Probeer daarom goed rechtop te zitten en enkele malen per uur diep te zuchten of eens te hoesten.
- Zolang u een thoraxdrain hebt, mag u niet persen. De arts schrijft medicijnen voor om de ontlasting soepel te houden.
Pijnklachten
Pijn bij de insteekopening of in de borstholte komt vaak voor. U krijgt hiervoor pijnstillers. Om een goede bloedspiegel te krijgen, is het belangrijk dat u de pijnstillers op vaste tijden inneemt. Neemt u de pijnstilling alleen bij pijn, dan duurt het langer voordat het echt helpt. Mocht dit niet voldoende zijn, geef dit dan aan bij de verpleegkundige. Door de pijn gaat u oppervlakkiger ademhalen. Het is belangrijk dat u wel goed doorademt, onder andere om een longontsteking te voorkomen.
Neemt de pijn plotseling toe of wordt u benauwd, waarschuw dan direct een verpleegkundige.Prikkelhoest
Hoesten is ook een veel voorkomende klacht. Dit komt doordat het borstvlies geprikkeld wordt. Als u hier veel last van hebt, vertel dit dan aan een verpleegkundige of arts. De arts kan medicijnen tegen het hoesten voorschrijven.
Hoe lang blijft de drain zitten?
Hoe lang u de drain nodig hebt, is per persoon verschillend.
- Hebt u de drain in verband met een klaplong (zie figuur 1), dan hangt het er vanaf hoe snel de long zich weer goed ontplooit. Dit kan de arts beoordelen door middel van een röntgenfoto. Als de long weer goed is ontplooid, wordt het opvangsysteem op ‘waterslot’ gezet. Dit om te kijken of de long uit zich zelf ontplooid kan blijven. Afhankelijk van uw situatie wordt de zuigkracht van de drain afgebouwd en wordt de drain uiteindelijk afgeklemd om de natuurlijke situatie na te bootsen. Of de long goed ontplooid is, kan bijgehouden worden op het digitale scherm van de thopaz. De arts kan dit (eventueel) controleren met behulp van een röntgenfoto.” De volgende dag wordt er dan weer een röntgenfoto gemaakt. Blijft de long goed ontplooid in de holte dan wordt de drain verwijderd. Wanneer de long weer inklapt, wordt de zuigdrainage hervat.
- Hebt u de drain in verband met vocht rond de longen (zie figuur 2), dan hangt het er vanaf hoeveel vocht er nog in de long zit. Dit kan de arts beoordelen door middel van een röntgenfoto en aan de hand van de hoeveelheid vocht die per dag afloopt in het opvangsysteem. De procedure van het verwijderen van de drain is hetzelfde als bij een klaplong.
Verwijderen van de thoraxdrain
De drain wordt door een arts op de afdeling verwijderd. De arts vraagt u eerst goed in te ademen en dan op de handrug te blazen tot de drain eruit is gehaald. De insteekopening wordt daarna goed afgeplakt. Meestal blijft er een hechting rond de insteekopening achter. Deze wordt gemiddeld na zeven tot tien dagen verwijderd. Als u al thuis bent, kan de huisarts de hechtingen bij u verwijderen.Leefregels na ontslag
- Voor alle problemen en klachten geldt het volgende: mochten de klachten plotseling veel erger worden, of krijgt u bijvoorbeeld pijn of benauwdheid terwijl u dit niet (meer) had, dan moet u contact opnemen met het ziekenhuis. Bel in het geval van een levensbedreigende situatie direct 112.
- De eerste 24 uur na het verwijderen van de drain moet het verband er op blijven zitten. Daarna kunt u het verband verwijderen en dit met een pleister afplakken.
- Twee dagen na het verwijderen van de drain(s) mag u weer douchen.
- U mag na twee weken weer in bad. Dan moet de wond genezen en dicht zijn.
- Gebruik de eerste zes weken geen smeersels en/of zeep op de wond.
- Controleer uw wond dagelijks, neem contact op bij ontstekingsverschijnselen (pijn, zwelling, roodheid, warmte en pusvorming bij de wond, koorts).
- Laat uw hechting 7-10 dagen na het verwijderen van de drain verwijderen door de huisarts (indien u thuis bent).
- De eerste zes weken moet u oppassen met tillen. Zwaar huishoudelijk werk wordt ook afgeraden (denk hierbij aan stofzuigen, het tillen van zware boodschappen, een bed verschonen of de ramen zemen).
- Zorg dat de ontlasting niet te hard wordt, persen kan de pijnklachten verergeren.
- Indien het uiteinde van de drain is opgestuurd naar het laboratorium ter controle op bacteriën, krijgt u bij een positieve uitslag bericht.
- Vraag bij uw verzekering na wanneer u weer verzekerd bent om zelf een auto te besturen. Om auto te rijden moet u alert kunnen reageren en vrij kunnen bewegen. Wondpijn kan uw beweging belemmeren. Eventuele pijnmedicatie kan uw alertheid beïnvloeden.
- De eerste zes weken wordt het afgeraden om te sporten en fietsen. Overleg met uw longarts wanneer u dit weer mag doen. Ook duiksport kan levenslang verboden zijn vanwege de sterke drukschommelingen die optreden in de borstholte. Ook bungeejumping en parachutespringen worden om deze reden sterk afgeraden. Vraag na bij uw arts of dat in uw situatie geldt.
- Vliegen is de eerste zes weken na ontslag niet toegestaan.
Contact uitklapper, klik om te openen
Polikliniek Longfunctieafdeling en Longbehandelkamer
De afdeling is bereikbaar van 08.00 - 17.00 uur.