8 mrt: Baby’s ontvangen zowel na vaginale bevalling als na keizersnede essentiële bacteriën van hun moeder
Baby’s ontvangen essentiële bacteriën van hun moeder tijdens de geboorte en direct daarna, ongeacht of ze via een vaginale bevalling of keizersnede geboren worden. Onderzoekers onder leiding van het UMC Utrecht en de Universiteit van Edinburgh melden deze week in het vakblad Cell Host & Microbe dat moeders in staat zijn bacteriën over te dragen aan hun baby's via meerdere transmissieroutes, die voor elkaar kunnen compenseren waar nodig. Zo ontvangen baby’s die via een keizersnede zijn geboren tijdens de geboorte minder van het darmmicrobioom (de bacteriebevolking in de darmen) van hun moeder, maar lijkt dit deels gecompenseerd te worden door bacteriën uit de moedermelk op te nemen.
Het meeste onderzoek naar het microbioom was tot nu toe gericht op de darm, maar het menselijk lichaam herbergt ook nuttige bacteriegemeenschappen in andere delen van het lichaam, zoals in de luchtwegen en op de huid. Deze studie maakt het duidelijker hoe baby's, die voor de geboorte als steriel worden beschouwd, na de geboorte essentiële bacteriën voor hun verschillende microbiomen krijgen. "We wilden een beter idee krijgen van hoe het microbioom van zuigelingen zich ontwikkelt in verschillende delen van hun lichaam en hoe het wordt beïnvloed door factoren als wijze van geboorte, antibioticagebruik en borstvoeding," zegt laatste auteur Wouter de Steenhuijsen Piters, arts-onderzoeker en datawetenschapper aan het UMC Utrecht.
Om te begrijpen hoe het microbioom zich in de eerste levensmaand ontwikkelt, onderzocht het team 120 Nederlandse moeders en pasgeboren baby's en nam het herhaaldelijk monsters. Van de baby's verzamelde het team monsters van het huid-, neus-, speeksel- en darmmicrobioom twee uur na geboorte en vervolgens toen ze één dag, één week, twee weken en één maand oud waren. Het team verzamelde ook zes verschillende soorten microbioommonsters van de moeders (huid, moedermelk, neus, keel, ontlasting en vagina). Vervolgens werd onderzocht in welke mate de verschillende microbiomen van de moeder, het microbioom van haar baby bepaalden. De onderzoekers waren daarbij met name geïnteresseerd in de factoren die de overdracht van het microbioom kunnen beïnvloeden, zoals de wijze van bevallen, antibioticagebruik en borstvoeding.
Alternatieve routes
"We zagen dat moeders via diverse routes bacteriën kunnen overdragen en als sommige van deze routes om de een of andere reden geblokkeerd zijn - in dit geval zagen we dat gebeuren bij de keizersnede - dan kan overdracht van microben naar het kind nog steeds via andere routes plaatsvinden", aldus de Steenhuijsen Piters. Ongeacht de geboorteroute, vonden de onderzoekers dat ongeveer 58 procent van het microbioom van een baby afkomstig is van de moeder. De overdacht van microbiële gemeenschappen van moeder naar zuigeling was echter niet voor elke route hetzelfde: via een keizersnede geboren baby's ontvingen minder microben van het vaginale en fecale microbioom van hun moeder, maar kregen - kennelijk ter compensatie - meer microben van de moedermelk. Desondanks is niet uitgesloten dat kinderen die middels keizersnede geboren worden nog altijd essentiële microben missen.
"Microbioomoverdracht en -ontwikkeling zijn zo belangrijk dat de evolutie ervoor heeft gezorgd dat die microben op de een of andere manier van moeder op kind worden overgedragen," zegt eerste auteur Debby Bogaert, en hoogleraar aan de Universiteit van Edinburgh. "Borstvoeding wordt nog belangrijker voor kinderen die via een keizersnede worden geboren en die daardoor geen darm- en vaginale microben van hun moeder krijgen." De Steenhuijsen Piters voegt toe: "Het is een slim systeem, en het is vanuit evolutionair perspectief logisch dat dit soort routes voor microbioomoverdracht in overvloed aanwezig is om ervoor te zorgen dat het kind het leven kan beginnen met de juiste ‘starter kit’”.
Nu wil het team meer weten welke andere invloeden er mogelijk zijn op de ontwikkeling van het microbioom van zuigelingen. "We konden zien dat het microbioom van de moeder bijna 60 procent van het totale microbioom van de zuigeling verklaart, maar er is nog 40 procent waar we niets van weten," vervolgt de Steenhuijsen Piters. "Het zou interessant zijn om ook dat deel te onderzoeken om te zien waar alle bacteriën vandaan komen; of vaders bijvoorbeeld bijdragen, of broers en zussen, of de omgeving."
Gezondheid op lange termijn
Uiteindelijk willen de onderzoekers begrijpen hoe de ontwikkeling van het microbioom bij zuigelingen zich verhoudt tot de gezondheid op lange termijn. "We willen onderzoeken of vroege microbioomontwikkeling, beïnvloed door de moeder, niet alleen het infectierisico op korte termijn in het eerste levensjaar beïnvloedt, zoals onze eerdere studies lieten zien, maar ook de gezondheid op langere termijn, met name bij allergieën en astma," zegt Bogaert. "In de toekomst kunnen we deze kennis misschien gebruiken om gezondheidsproblemen te helpen voorkomen, diagnosticeren of te behandelen."
Publicatie
Bogaert D, Beveren GJ van, Koff EM de, Lusarreta Parga P, Balcazar Lopez CE, Koppensteiner L, Clerc M, Hasrat R, Arp K, Chu MLJN, Groot PCM de, Sanders EAM, Houten MA van, Steenhuijsen Piters WAA de. Mother-infant microbiota transmission and infant microbiota development across multiple body sites. Cell Host & Microbe, 2023;31:1-14