‘Schrap 24-wekengrens uit Wetboek van Strafrecht’
Ouders in Nederland ervaren een enorme druk als blijkt dat hun ongeborene een ernstige aandoening heeft. Dat komt vaak omdat ouders in Nederland tot 24 weken een zwangerschap mogen afbreken. Daarna treedt de Wet late zwangerschapsafbreking in werking. Dan mag een zwangerschap alleen nog onder strikte criteria worden beëindigd. In België is er geen grens op basis van de zwangerschapsduur. “De Nederlandse aanpak moet veranderen”, betoogt hoogleraar Foetale Geneeskunde Mireille Bekker van het UMC Utrecht op 12 september in haar oratie. Ze roept de politiek op om de 24-wekengrens uit het Wetboek van Strafrecht te halen.
Professor Bekker legt uit dat de 24-wekengrens een juridische grens is, die is vastgelegd in artikel 82A van het Wetboek van Strafrecht. Het is echter geen medische grens. De 24-wekengrens heeft in de praktijk een aantal nadelige gevolgen. De uitslagen van diagnostische onderzoeken die worden gedaan als er bij de 20 weken echo een afwijking wordt gezien, zijn vaak pas net voor de 24 weken bekend. Dat geeft ouders in de praktijk vaak kort bedenktijd voor een enorme grote beslissing in hun leven.
Na de 24 weken treedt de Wet late zwangerschapsafbreking in werking. In de praktijk schiet deze wetgeving enorm tekort voor Nederlandse ouders. Een Late Zwangerschap Afbreking (LZA) is een belastend traject voor ouders. En in Nederland hebben zij te maken met artsen die goede zorg willen verlenen, maar die ook op hun hoede zijn. Ze willen niet achteraf vervolgd worden.
Terughoudende artsen
Uit de evaluatie van de LZA blijkt, dat Nederlandse artsen terughoudend zijn om een late zwangerschapsafbreking te verrichten. “Dit komt omdat de interpretatie van de criteria - waaraan een casus moet voldoen - in de praktijk lastig kan zijn. Ook omdat er dan toetsing achteraf plaatsvindt. Het kan wel een jaar duren voordat het Openbaar Ministerie afziet van strafrechtelijke vervolging van de betrokken arts”, legt Mireille uit. “Dat is iets wat veel onzekerheid geeft bij artsen en er is angst voor vervolging. Nederlandse gynaecologen verwijzen daarom soms naar België. In België is er geen leeftijdsgrens tot waar een zwangerschap vanwege een ernstige medische aandoening mag worden beëindigd. De Nederlandse wet belemmert ons op dit vlak.” Het LZA-traject is zeer belastend voor ouders, al helemaal voor de groep ouders die naar België gaat. Zij hebben het gevoel als misdadiger te worden gezien.”
Cijfers België
Verwijzingen naar België komen waarschijnlijk regelmatig voor. In de periode 2016-2021 zijn er in Nederland slechts negen meldingen van categorie 1. Hierbij is de verwachting dat de ongeborene niet in staat is buiten de moeder in leven te blijven. In diezelfde periode zijn er in Nederland slechts veertien meldingen van LZA-categorie 2 gedaan. Dit zijn zwangerschapsafbrekingen omdat bij de ongeborene sprake is van één of meer aandoeningen die tot ernstige en niet te herstellen functiestoornissen leidt of leiden. Of omdat voor de ongeborene naar redelijke verwachting een beperkte kans op overleven bestaat. Vlaamse gynaecologen uit 3 centra gaven aan jaarlijks tezamen ca jaarlijks 12 patiënten uit Nederland te behandelen.
Keuze van ouders
Het doel van prenatale screening is om ouders een weloverwogen keuze te laten maken die past bij de eigen normen en waarden en die gebaseerd is op de juist kennis. “Een mooi streven. Alleen hebben ook die ouders van een ongeborene soms meer tijd nodig om een zorgvuldige keuze te maken”, stelt Mireille. Als ouders bijvoorbeeld na 23 weken en vier dagen zwangerschap ‘slecht nieuws’ horen, moeten zij onder tijdsdruk een onherroepelijk besluit nemen, bijvoorbeeld om de zwangerschap te beëindigen.”
Mireille schetst een voorbeeld waar ouders en hulpverleners na ‘de 24 weken’ in de praktijk mee te maken hebben. “Ouders krijgen bijvoorbeeld na 24 weken te horen dat er sprake is van een ernstige hersenafwijking waarbij een kind volledig en continu zorgafhankelijk zal zijn”, zegt Mireille. “Ze horen dat hun kind niet zal kunnen communiceren en niet zelfredzaam wordt. Hun kind staat zware behandelingen te wachten. Het zal gepaard gaan met lijden, maar niet met een verbetering van de prognose. In sommige gevallen is het duidelijk dat de casus voldoet aan de huidige criteria. Regelmatig kan het behandelteam wel achter de keuze van ouders staan vanwege de ernst, maar is er twijfel of het voldoende zeker voldoet aan de wet om mee te kunnen werken.”
Uit liefde voor het ongeboren kind
Het besluit van ouders om vanwege een ernstige aandoening bij hun kind de zwangerschap te beëindigen is nooit lichtzinnig. Mireille: “Zo’n besluit wordt zeer zorgvuldig en uit liefde voor hun ongeboren kind genomen. Dit geldt zowel voor de keuze om door te gaan met de zwangerschap als de keuze om met de zwangerschap te willen stoppen.”
“De zorg met betrekking tot deze ouders schiet wat mij betreft tekort. Ik vind dat ouders ook na 24 weken deze keuze moeten kunnen maken na zorgvuldige weging met hun eigen behandelteam”, stelt Mireille. “Juridische toetsing zou zich moeten richten op de zorgvuldigheidscriteria niet op de inhoud, vooraf en binnen een realistisch en kort tijdsbestek moeten plaatsvinden. Daarom pleit ik ervoor om de 24-wekengrens uit het Wetboek van Strafrecht te halen.”