UMC Utrecht neemt deel in onderzoek naar hartziekte ACM
Een internationale samenwerking gaat in kaart brengen hoe deze aandoening kan ontstaan, en daarmee hopelijk ook nieuwe vormen van behandeling mogelijk maken. Het project, IMPACT, krijgt €4 miljoen van de Europese Unie.
Wat is aritmogene cardiomyopathie?
Aritmogene cardiomyopathie (ACM) is een hartziekte die bij één op de 2000 tot 5000 mensen voorkomt. Het is vaak betrokken bij de plotselinge dood van atleten en jongeren. Het probleem is de vervanging van hartspierweefsel door vet en bindweefsel, wat hartritmestoornissen of een plotse hartstilstand veroorzaakt. Er is nog geen effectieve behandeling. Er zijn veel mutaties in het DNA gevonden als mogelijke oorzaak. Voor sommige mutaties is bekend hoe ze ziekte veroorzaken, maar voor de meeste mutaties is dit nog onduidelijk.
De oorzaken in kaart brengen
Cardioloog Anneline te Riele van het UMC Utrecht legt uit hoe het project hier verandering in wil brengen: "Binnen het IMPACT project zullen we gegevens uit het patiëntendossier en moleculaire gegevens uit bloed- of weefselonderzoek samenvoegen en analyseren. Dit doen we met kunstmatige intelligentie en verscheidene ziektemodellen. Daarnaast gaan we mogelijke behandelingen met nieuwe medicijnen onderzoeken, zowel in cellulaire als diermodellen."
De ontdekking van nieuwe aangrijpingspunten voor behandeling, en inzicht in de onderliggende werking daarvan, zou kunnen leiden tot nieuwe therapieën voor ACM. Ook zou het kunnen zorgen voor een betere behandelwijze van de ziekte, en een verbetering van de kwaliteit van leven voor patiënten.
Een internationale samenwerking
Het onderzoeksproject, met de officiële naam Cardiogenomics meets Artificial Intelligence: a step forward in arrhythmogenic cardiomyopathy diagnosis and treatment, duurt drie jaar en is gefinancierd met 4 miljoen euro door de European Innovation Council for cardiogenomics. In het UMC Utrecht zijn de afdelingen Cardiologie (Anneline te Riele), Experimentele Cardiologie (Magdalena Harakalova) en Klinische Genetica (Peter van Tintelen) betrokken. Naast het UMC Utrecht is ook de Universiteit Maastricht betrokken, en de buitenlandse partners Universiteit van Padua, Lutech Group, ItalBiotec Consortium, Ksilink en Italfarmaco.