DDAVP (desmopressine) - voor mensen met een stollingsstoornis
DDAVP (desmopressine) - voor mensen met een stollingsstoornis
Soms is behandeling nodig voorafgaand aan medische of tandheelkundige ingrepen, en bij bloedingen of ongevallen om een (na)bloeding te voorkomen of stelpen. Dit kan gelden voor mensen met een milde vorm van hemofilie A, dragerschap van hemofilie A, de ziekte van Von Willebrand en ook andere stollingsstoornissen. Ook geldt dit soms voor patiënten met overmatig bloedverlies tijdens de menstruatie of na een bevalling. Omdat bij deze mensen de bloedstolling verlaagd maar niet afwezig is, kan dit in veel gevallen met het medicijn DDAVP verbeterd worden.
DDAVP is een synthetisch (kunstmatig gemaakt) hormoon dat de lichaamseigen voorraden van stollingsfactor VIII en Von Willebrand factor verhoogd laat vrijkomen in het bloed. DDAVP is dus zelf geen stollingsfactor. De stofnaam van DDAVP is desmopressine.
De mate van stijging en daling na de toediening van DDAVP verschilt per persoon. Gemiddeld verhoogt DDAVP 2 tot 6 keer de waarde van de stollingsfactoren. Na meerdere toedieningen in korte tijd zal het effect tijdelijk minder worden. Dit komt omdat het lichaam tijd nodig heeft om voorraden weer aan te vullen.
Gebruiksvormen uitklapper, klik om te openen
DDAVP bestaat in de volgende gebruiksvormen en namen:
- Minrin® injectievloeistof, ampullen met 1 ml (4 microgram/ml), voor intraveneuze injectie
- Octostim® injectievloeistof, ampullen met 2 ml (30 microgram/2ml) voor subcutane (onderhuidse) injecties
- Octostim® neusspray (150 microgram/ml)
Uw arts bespreekt met u wat voor u de meest geschikte manier van toediening is.
Toedieningsvormen uitklapper, klik om te openen
- Toediening in het bloedvat (intraveneuze toediening)
Voor deze toediening wordt een infuus ingebracht. Met een pomp wordt het medicijn langzaam toegediend. Dit duurt ongeveer 20-30 minuten. - Onderhuidse toediening (subcutane toediening)
Bij subcutane toediening wordt DDAVP via een injectie onderhuids toegediend. Dit duurt 5 minuten. - Neusspray
In geval van de neusspray wordt in ieder neusgat één puf gesprayd. Kinderen die minder wegen dan 35-40 kilogram, krijgen één puf in één van de twee neusgaten. De arts schrijft voor hoeveel pufs er gegeven moeten worden. Tijdens de puf moet u rustig doorademen. Het is niet de bedoeling dat u het middel opsnuift.
Bijwerkingen uitklapper, klik om te openen
Tijdens of kort na de toediening kan men rood in het gezicht worden, en zich warm voelen. Dit komt door uitzetting van de bloedvaten. Sommigen hebben last van hoofdpijn, wat met een paracetamol verholpen kan worden. Soms is er sprake van milde hartkloppingen, deze zijn ongevaarlijk en kortdurend.
De belangrijkste bijwerking is dat uw lichaam tijdelijk meer vocht vasthoudt. Geadviseerd wordt om de helft van de normale vochtinname aan te houden gedurende 24 uur. Dit is om te voorkomen dat uw lichaam teveel vocht vasthoudt, met mogelijk ernstige verstoring van de lichaamszouten. Rondom de DDAVP toediening adviseren wij om dit te beperken tot 1 tot 1,5 liter per 24 uur. Het is beter om die dag geen alcohol te gebruiken. Het kan u opvallen dat u de eerste 24 uur na de test wat minder plast, en daarna tijdelijk wat meer.
Ook voor kinderen die DDAVP toegediend hebben gekregen, geldt het advies om de helft te drinken van wat ze normaal drinken. Het is daarom belangrijk voor de ouders om het drinken en de urineproductie van het kind in de gaten te houden.
Wanneer geen DDAVP uitklapper, klik om te openen
In sommige gevallen mag geen DDAVP gegeven worden. Het gaat om zwangeren, mensen met epilepsie en mensen met problemen aan het hart.
DDAVP-test uitklapper, klik om te openen
Voordat DDAVP wordt voorgeschreven, wordt in veel gevallen gekeken hoe uw lichaam op het medicijn reageert en of uw stollingsfactoren hierdoor voldoende stijgen. Daarvoor wordt er eenmalig een DDAVP-test uitgevoerd. U krijgt hiervoor 3 afspraken op één dag bij de verpleegkundigen van de Van Creveldkliniek. Bij jonge kinderen wordt de test ook wel uitgevoerd op de dagbehandeling van het Wilhelmina Kinderziekenhuis. Het bezoek duurt in totaal ongeveer 5 uur. U hoeft voor dit onderzoek niet nuchter te zijn, en er zijn geen beperkingen wat betreft autorijden. Let wel op de eerder genoemde vochtbeperking.
Uitvoering van de test
- Met een vlindernaald wordt bloed afgenomen om de hoogte van uw eigen factor VIII en Von Willebrand factor te bepalen. Bij jonge kinderen wordt op de dagbehandeling een infuus geplaatst, zodat zij niet steeds opnieuw geprikt hoeven worden. Soms schrijft de (kinder)arts voor dat DDAVP via een neusspray wordt toegediend.
- De vlindernaald of het infuus blijft zitten en wordt gebruikt om de DDAVP toe te dienen. Dit duurt ongeveer 20 tot 30 minuten.
- Hierna wordt de vlindernaald verwijderd. Mocht een infuus geplaatst zijn, dan blijft deze zitten om later te gebruiken voor de bloedafnames.
- Het aansluitende uur wordt u gevraagd om te wachten in de wachtkamer. Dit is voor het geval dat er bijwerkingen optreden die onze aandacht nodig hebben.
- Na dit uur wordt voor de tweede keer bloed afgenomen, om te bepalen wat de maximale stijging is van uw stollingsfactoren door DDAVP toediening. Hierna mag u het ziekenhuis in lopen en bijvoorbeeld wat gaan eten. U mag niet naar buiten of naar huis in verband met het risico op eventuele bijwerkingen. Tijdens de DDAVP-test adviseren wij u om minder te drinken dan normaal, omdat vocht vasthouden een van de bijwerkingen is.
- Vier uur na de DDAVP toediening wordt voor de derde en laatste keer bloed afgenomen. Deze afname geeft ons inzicht in hoe lang het effect van de stijging van de stollingsfactoren aanhoudt. Hierna mag u naar huis.
Uitslag van de test
Twee weken na de DDAVP-test krijgt u een telefonische afspraak met uw behandelend arts. Uw arts bespreekt uw bloedwaarden en het effect van DDAVP op factor VIII en/of Von Willebrand factor. Op basis van deze resultaten bespreekt uw arts het behandelplan met u.
Planning rondom operaties of ingrepen
Het is belangrijk dat u voorafgaand aan een operatie of ingreep altijd contact opneemt met een arts van de Van Creveldkliniek. Iedere ingreep is anders en brengt andere bloedingsrisico’s met zich mee. De arts zal per ingreep bepalen of en zo ja hoeveel DDAVP u nodig heeft en welke toedieningsvorm het meest geschikt voor u is.
Het maximale effect op de stijging van FVIII en Von Willebrand factor wordt 30 tot 45 minuten na toediening bereikt. Hierna dooft het geleidelijk uit. Daarom wordt DDAVP 1 tot 2 uur voor de operatie of ingreep toegediend. Mensen die DDAVP via een infuus krijgen, moeten daarom op de dag van hun ingreep eerst langs de verpleegkundigen van de Van Creveldkliniek voor de toediening. Dit vraagt een goede planning en daarom adviseren wij u om tijdig contact met ons op te nemen als u weet dat u een ingreep moet ondergaan. Ook als gekozen wordt voor onderhuidse injectie of via neusspray toediening van DDAVP is goede timing en overleg met de Van Creveldkliniek noodzakelijk.
Bij sommige ingrepen kan het nodig zijn dat u na afloop nog een paar dagen behandeld moet worden met DDAVP. Zo wordt u optimaal beschermd tegen eventuele nabloedingen.
DDAVP bij hevige menstruatie
DDAVP kan ook ingezet worden bij de behandeling van hevige menstruaties. Als er geen neusspray voorradig is, zijn onderhuidse injecties het beste alternatief. Indien wenselijk kan het toedienen van onderhuidse injecties aangeleerd worden.
Contact uitklapper, klik om te openen
Polikliniek Van Creveldkliniek
vck-secretariaat@umcutrecht.nl
De Van Creveldkliniek is geopend van maandag t/m vrijdag van 08:00 - 17:00 uur. Buiten deze uren kunt u voor spoedgevallen contact opnemen met de centrale van het UMC Utrecht via 088 75 555 55. Vraagt u naar de dienstdoende arts van de Van Creveldkliniek.
Als u een persoonlijke en/of medische vraag heeft voor een van onze zorgverleners, vragen wij u om hiervoor een afspraak of e-consult te maken.