In deze folder leest u hoe een injectie met 100mg Solu-Cortef (hydrocortison) in een spier geïnjecteerd moet worden. Deze folder is een aanvulling op de persoonlijke spuitinstructie(s) die u heeft ontvangen. Wij adviseren om deze injectie alleen door personen toe te laten dienen die hierover goede instructie(s) en training hebben ontvangen.
U kunt ook altijd de huisarts of een andere hulpverlener inschakelen om deze injectie toe te laten dienen. Wij adviseren dan wel om dit vooraf met de huisarts te bespreken. Misschien kan de huisarts een notitie maken in het dossier, zodat dit bij de huisarts of de vervanger bekend is.
Wat is Solu-Cortef? uitklapper, klik om te openen
Solu-Cortef is hydrocortison in poedervorm, wat na oplossen geschikt is om in een spier of bloedvat te injecteren. Wij schrijven Solu-Cortef Act-O-Vial voor; dit is Solu-Cortef maar dan in een handige tweekamer ampul (zie afbeelding), waardoor het klaarmaken van de injectie makkelijker is. Controleer bij de apotheek of de juiste ampul geleverd wordt.
Hydrocortison is een natuurlijk corticosteroïd (cortisol) dat betrokken is bij verschillende lichamelijke processen, zoals de afweer, bloedsuikerregulatie en bloeddrukregulatie. Maar de belangrijkste functie van cortisol is dat hij het lichaam beschermt tegen de gevolgen van ziekte, verwonden of spanningen. Als Solu-Cortef geïnjecteerd wordt in een spier of bloedvat, dan werkt het binnen 20 minuten. U hoeft niet bang te zijn dat u teveel hydrocortison geeft/ krijgt. Eenmalig te veel hydrocortison kan geen kwaad.
Hoe moet Solu-Cortef bewaard worden?
De Solu-Cortef moet u bewaren bij kamertemperatuur. De ampul mag niet warmer worden dan 25 graden en niet kouder dan 2 graden. U kunt het beste de ampul samen met de benodigdheden bewaren in een bakje, op een locatie waar iedereen het kan vinden.
Aandachtspunten:
- Controleer jaarlijks de houdbaarheidsdatum van de Solu-Cortef en benodigdheden.
- Bewaar de ampul nooit in de auto.
- Bewaar de ampul in erg warme landen in de koelkast.
- Haal een nieuwe ampul bij de apotheek, als uw ampul te warm of te koud is geworden.
Hoe kan Solu-Cortef toegediend worden?
Solu-Cortef kan door middel van een injectie in een spier toegediend worden. Een andere toedieningsmogelijkheid is door middel van een injectie in het bloedvat of via een infuus. Toedienen via een bloedvat kan alleen door een hierin geschoolde en bevoegde hulpverlener uitgevoerd worden.
Bij bepaalde stollingsziekten of het gebruik van sommige bloedverdunners (bijvoorbeeld acenocoumarol of fenprocoumon) is het beter dat u geen injectie in uw spier krijgt, omdat er dan een verhoogd risico bestaat op een bloeding in de spier. Bij gebruik van bloedverdunners dient overlegt te worden met de behandelend internist-endocrinoloog over een alternatief. Vaak wordt ervoor gekozen dat de huisarts de Solu-Cortef in de ader toedient. Ook bestaat de mogelijkheid dat Solu-Cortef door middel van twee onderhuidse injecties wordt toegediend.
Wanneer moet Solu-Cortef geïnjecteerd worden?
Mensen met bijnierschorsinsufficiëntie moeten een injectie met 100mg Solu-Cortef krijgen, als zij onvoldoende instaat zijn om het cortisolvervangende medicijn in te nemen. Bijvoorbeeld bij:
- Aanhoudend braken
- Aanhoudende (water)dunne diarree
- Verminderd bewustzijn.
Bij twijfel kunt u altijd eerst overleggen met de behandelend of dienstdoende internist-endocrinoloog.
Waarom is een injectie met Solu-Cortef belangrijk?
Mensen met bijnierschorsinsufficiëntie zijn niet instaat om meer cortisol te maken in stresssituaties, zoals ziekte, ongeval, operatie en ernstige psychische stress. Zij moeten daarom hun dosering van het cortisolvervangende medicijn (bijvoorbeeld: hydrocortison, prednison) verhogen. Als dit onvoldoende gebeurt, dan bestaat het gevaar op een bijniercrisis / hypocortisolistische crisis. Dit is een levensbedreigende situatie, die ontstaat door een ernstig te kort aan cortisol. Als medicijninname via het maag-darm kanaal niet goed mogelijk is, dan moet het cortisolvervangend medicijn op een andere manier toegediend worden, zodat een (dreigende) crisis voorkomen kan worden.
Aanhoudend braken, aanhoudende (water) dunne diarree en/of verminderd bewustzijn zijn vaak symptomen van een (dreigende) bijniercrisis / hypocortisolistische crisis. Het is daarom extra belangrijk dat een injectie met Solu-Cortef gegeven wordt, om verergering te voorkomen.
Moet ik Solu-Cortef altijd bij me dragen?
Nee, u hoeft Solu-Cortef niet altijd bij u te dragen. Maar dit mag wel, als u dit graag wilt. Zorg er minimaal voor, dat u een ampul thuis heeft. Neem deze ampul mee, als u langer dan een dag van huis weggaat.
Wij raden u wel aan om altijd extra cortisolvervangende tabletten mee te nemen en om een SOS-medaillon te dragen.
Intramusculair injecteren van Solu-Cortef Act-O-Vial uitklapper, klik om te openen
Stap 1: Leg de benodigdheden klaar
- 100 mg Solu-Cortef Act-O-Vial
- 2 ml Injectiespuit
- Opzuignaald: 19G 1.1 x 50mm (wit)
- Injectienaald: 23G 0.6x30mm (blauw) of 21G 0.8x40mm (groen)
- Alcohol 70% of een voorverpakt alcoholgaasje
- Gazen
- Pleister
- Systeem om gebruikte naalden veilig weg te gooien bijvoorbeeld: naaldencontainer of lege pot. Gebruikte naalden kunt u inleveren bij de gemeente.
Stap 2: Handen wassen
- Was uw handen met water en zeep.
Stap 3: Oplossen van 100 mg Solu-Cortef Act-O-Vial
- Neem de tweekamer ampul van 100 mg Solu-Cortef Act-O-Vial uit de verpakking.
- Druk de gele plastic dop naar beneden, de oplosvloeistof zal zich gaan mengen met het poeder (100 mg hydrocortison).
- Zwenk rustig de ampul (niet schudden), totdat het poeder (de hydrocortison) volledig is opgelost. Het poeder (hydrocortison) is volledig opgelost als de oplossing volledig helder is.
Stap 4: Hydrocortison opzuigen
- Maak de verpakking van de 2ml spuit aan de achterkant tot de helft open, doe dit ook bij de opzuignaald. Zet de opzuignaald op de 2ml spuit, duw de naald aan en draai de naald een klein stukje.
- Verwijder het gele beschermende plastic schijfje in het midden van de gele plastic dop van de ampul.
- Desinfecteer het rubber van de flacon met een draaiende beweging met een gaas met alcohol 70%.
- Verwijder de beschermhuls van de naald.
- Prik de ampul aan. Keer de ampul om. Zorg dat de opening van de naald onder in de ampul is.
- Zuig de injectievloeistof op.
- Als alle vloeistof (2ml) is opgezogen, dan moet de ampul met spuit en naald omgekeerd worden, haal dan pas de naald uit de ampul.
- Trek nu een beetje lucht op en zet de beschermhuls op de naald terug.
- Haal de injectienaald uit de verpakking en vervang de opzuignaald met de injectienaald.
Stap 5: Spuit ontluchten
- Controleer de spuit op luchtbellen. Indien er luchtbellen in de vloeistof aanwezig zijn, verwijder deze door tegen de spuit te tikken terwijl u de naald recht omhoog houdt met de naald boven. Er moet dan wel een beetje lucht boven in de spuit zitten, waar de luchtbellen heen kunnen.
- Duw rustig alle lucht uit de spuit. Kijk in de opening van de naald, stop met duwen als daar een druppel uitkomt.
- Zet de beschermhuls weer terug op de naald.
Stap 6: Bepalen van de injectieplaats
- U kan een injectie in de bilspier of bovenbeenspier geven. Als u zichzelf injecteert, dan kan dit alleen in de bovenbeenspier.
- U dient nauwkeurig de injectieplaats te bepalen, om te voorkomen dat u in een bloedvat of zenuw prikt. Bepalen van de injectieplaats doet u als volgt:
- Bovenbeenspier: verdeel het bovenbeen van onder naar boven in drie gelijke vlakken, neem het middelste vlak en kies hier een plaats aan de buitenkant van het been
- Bilspier: verdeel de bil in vieren, hierdoor ontstaan vier vierkanten. Kies een plaats in het bovenste buitenste vierkant (bovenste buitenste bilkwadrant)
Prik nooit in:
- In de buurt van grote bloedvaten
- Littekenweefsel
- Plaatsen die ontstoken of pijnlijk zijn
- Verlamde ledematen
- Ledematen met trombose of oedeem
- Plaatsen met rode of blauwe verkleuringen
- Een geopereerd of te opereren gebied
- Een plaats waar is bestraald
- Een bloeduitstorting
- Plaatsen die hard aanvoelen
- Een arm of been met een infuus of shunt
- In arm of been waarvan lymfeklieren verwijderd zijn
- Binnen een omtrek van 2 cm van de vorige zichtbare injectieplaats
Stap 7: Injecteren
- Pak de klaargemaakte spuit met Solu-Cortef Act-O-Vial.
- De spier van de gekozen locatie moet ontspannen worden.
- Houd de huid strak.
- Prik 2/3 van de naald in een snelle vloeiende beweging loodrecht in de gekozen injectieplaats.
- Trek 5 seconden aan de zuiger, om te kijken of u niet in een bloedvat zit.
- Als u bloed optrekt, stop dan met injecteren en herhaal bovenstaande handelingen op een andere injectieplaats.
- Indien u geen bloed optrekt en weerstand voelt, spuit dan de vloeistof langzaam in.
- Verwijder na de toediening de naald in een snelle vloeiende beweging.
- Houd een gaasje op de insteekplaats. De huid niet masseren. Soms bloedt het een beetje na
- Indien de injectieplaats nog iets nabloedt, plak hier dan een pleister op.
Bellen met behandelend internist-endocrinoloog uitklapper, klik om te openen
Na een injectie met Solu-Cortef moet er altijd telefonisch overlegd worden met de behandelend of dienstdoende internist-endocrinoloog. Dit moet ook als de huisarts de injectie met Solu-Cortef heeft gegeven.
De internist-endocrinoloog beoordeelt of de patiënt ook gezien moet worden op de Spoedeisende hulp, en maakt verdere afspraken.
Telefoonnummers UMC Utrecht, polikliniek endocrinologie:
- Tijdens kantooruren: 088 75 563 04.
- Buiten kantooruren: 088 75 555 55 (vraag naar de dienstdoende internist-endocrinoloog).
- Vanuit het buitenland met een mobiele telefoon: 0031 30 250 9111 (vraag naar de behandelend
internist-endocrinoloog en buiten kantooruren naar de dienstdoende internist-endocrinoloog).
Meer informatie uitklapper, klik om te openen
Op de website van de patiëntvereniging voor mensen met een bijnierziekte: https://www.nvacp.nl vindt u meer informatie over bijnierschorsinsufficiëntie. Ook vindt u hier een link naar een video van het Radboudumc, waarin getoond wordt hoe u Solu-Cortef Act-O-Vial in een spier moet injecteren.
Contact uitklapper, klik om te openen
Hebt u vragen? Neem dan contact met ons op. Voor het maken van een afspraak hebt u een verwijzing nodig van de huisarts of specialist.
Polikliniek Endocrinologie
De polikliniek is op werkdagen bereikbaar van 08.00 - 17.00 uur
Postadres
UMC Utrecht
Polikliniek Endocrinologie
Huispostnummer L 00.408
Postbus 85500
3508 GA Utrecht