U bent gestart met uw behandeling met nusinersen (spinraza). Nusinersen wordt toegediend door middel van een ruggenprik. Eén van de meest voorkomende bijwerkingen van een ruggenprik is hoofdpijn. Hoofdpijn na een ruggenprik noemen we ‘postpunctionele hoofdpijn’. Bij ongeveer 10% van de mensen die een ruggenprik hebben gehad met toediening van nusinersen (spinraza), komt ‘postpunctionele hoofdpijn’ voor. Deze folder geeft u informatie over hoofdpijn na een ruggenprik, wat u kunt doen bij het ontstaan van deze hoofdpijn en bij welke klachten u contact moet opnemen.
Postpunctionele hoofdpijn uitklapper, klik om te openen
De hoofdpijn kan direct na de prik ontstaan en kan tot ongeveer 3 dagen erna optreden. De hoofdpijn kan hevig zijn en is houdingsafhankelijk. Dit betekent dat de hoofdpijn toeneemt bij zitten of staan, en volledig verdwijnt bij liggen. Ook nemen de klachten af bij persen of blazen op de hand. Oorsuizen is een typisch verschijnsel dat kan ontstaan naast de hoofdpijn.
De hoofdpijn wordt waarschijnlijk veroorzaakt door een te kort aan hersenvocht. Het hersenvocht lekt weg via het prikgaatje in de hersenvliezen. Dit is niet schadelijk. Het lichaam herstelt het tekort aan hersenvocht in principe vanzelf. De hoofdpijn gaat meestal na enkele dagen spontaan over, maar kan ook een aantal weken aanhouden.
Kan postpunctionele hoofdpijn worden voorkomen? uitklapper, klik om te openen
Het gebruik van een atraumatische naald tijdens het prikken verkleint de kans op het ontstaan van postpunctionele hoofdpijn. Tijdens de toediening van nusinersen (spinraza) gebruiken wij altijd een atraumatische naald, tenzij er een reden is om een andere naald te gebruiken. De kans op het ontstaan van postpunctionele hoofdpijn is hoger bij jonge mensen. Wanneer postpunctionele hoofdpijn is opgetreden na uw nusinersen (spinraza) injectie, is de kans dat u dit bij een volgende injectie krijgt opnieuw 10%.
Adviezen bij typische klachten van postpunctionele hoofdpijn uitklapper, klik om te openen
- Neem rust, ga regelmatig liggen en beweeg naar vermogen;
- Zorg voor een normale tot ruime vochtinname, met name coffeïne houdende dranken (koffie, cola);
- Neem zo nodig pijnstillers met coffeïne, zoals een paracetamol/coffeïne combinatie. Coffeïne stimuleert de aanmaak van het hersenvocht.
Bloedpatch
Wanneer de klachten aanhouden en na drie dagen nog niet verbeteren, kan een bloedpatch worden overwogen. Hierbij wordt er via een ruggenprik 10 tot 15 ml van uw eigen bloed ingespoten ter hoogte van het gaatje van de eerdere ruggenprik. In het gunstigste geval is de hoofdpijn direct weg.
De effectiviteit van een bloedpatch is hoog. Bij terugkeren van de hoofdpijn kan de procedure nog éénmaal herhaald worden. Een bloedpatch wordt door een anesthesioloog poliklinisch uitgevoerd. Het geven van een bloedpatch is niet vrij van complicaties, waardoor een bloedpatch alleen wordt gezet als het nodig is.
Wanneer moet u contact opnemen? uitklapper, klik om te openen
- Als de hoofdpijn niet verdwijnt terwijl u ligt;
- Als de hoofdpijn niet verbetert binnen 2 tot 3 dagen, of na 3 dagen nog steeds aanwezig is;
- Bij misselijkheid en/of braken;
- Bij koorts;
- Bij veranderd gedrag, verwardheid of uitval;
- Wanneer u of uw partner twijfelt en wilt overleggen.
Contactgegevens uitklapper, klik om te openen
- U kunt ons bereiken binnen kantooruren via de polikliniek Neuromusculaire ziekten, via telefoon: 088 75 515 46
- Buiten kantooruren kunt u contact opnemen met de dienstdoende neuroloog van het UMC Utrecht, via telefoon: 088 75 555 55
Contact uitklapper, klik om te openen
Als u een afspraak wilt maken op de polikliniek, hebt u een verwijzing nodig van uw specialist. De neuroloog beoordeelt uw verwijzingsbrief.
Polikliniek Neuromusculaire ziekten
Geopend maandag t/m vrijdag van 8.00 - 17.00 uur.