U hebt enige tijd geleden een orgaantransplantatie gehad. Om problemen (zoals afstoting) te voorkomen is het belangrijk dat u regelmatig uw bloed laat controleren.
Wij meten bij iedere controle een aantal bloedwaarden. Bijvoorbeeld de bloedspiegel van de medicijnen tegen afstoting.
Een (te) hoge bloedspiegel kan veel bijwerkingen geven. Bij een (te) lage bloedspiegel bestaat de kans op afstoting van uw nieuwe orgaan.
De behandelaar bepaalt welke bloedspiegel bij u gewenst is. Aan de hand van deze streefwaarde wordt de gewenste dosis bepaald van de betreffende medicijnen tegen afstoting. Als de spiegel te laag is, gaat de dosering omhoog. Als de spiegel te hoog is, gaat de dosering omlaag.
Om te kijken of de spiegel daarmee de juiste waarde heeft bereikt, controleren we graag nog een keer extra de spiegel,
Gelukkig is het mogelijk om thuis deze bloedspiegels te prikken. U hoeft dan niet steeds naar het ziekenhuis te komen.
We kunnen met de bloedspot spiegels meten van:
- Tacrolimus (Prograft®, Advagraf® of Envarsus®)
- Sirolimus (Rapamune®)
- Everolimus (Certican®)
- Ciclosporine (Neoral®)
Het is erg belangrijk dat de afname van de bloedspiegel gebeurt vlak voor u de betreffende medicatie inneemt (tacrolimus, sirolimus, everolimus of ciclosporine).
Als u om 10.00 uur altijd de medicatie tegen afstoting inneemt, prikt u dan tussen 9.00 en 10.00 uur.
Als u de bloedspiegel vroeger op de ochtend prikt, is de uitslag niet betrouwbaar. Dit is ook het geval als u de medicatie tegen afstoting die dag al heeft ingenomen Hieronder leest u hoe de bloedspot afneemt.