HTLV-1 en HTLV-2 zijn retrovirussen met een specifieke verspreiding over de wereld. HTLV-1 komt met name voor in zuid Japan, het caraïbisch gebied, delen van sub-Saharisch Afrika en in Centraal- en Zuid-Amerika. HTLV-2 komt met name voor onder amerikaanse indianenstammen en onder de pygmeeen in Afrika. In Europa is de seroprevalentie minder dan 1% voor HTLV-1 en HTLV-2, maar kan veel hoger zijn in bepaalde risicogroepen zoals intraveneus drugs gebruikers.
HTLV-1 is geassocieerd met twee klinische beelden: adult T-cel leukemie en HTLV-1 geassocieerde myelopathie/ tropische spastische parese (HAM/TSP). HTLV-2 is niet geassocieerd met maligniteiten en in zeldzame gevallen met een neurologisch beeld dat vergelijkbaar is met HAM/TSP.
Het aantonen van antistoffen tegen HTLV in serum is de eerste keus diagnostiek voor het aantonen van een HTLV infectie. Positieve sera worden door het laboratorium naar een referentielaboratorium gestuurd voor confirmatie.