Leishmaniasis is een infectieziekte die wordt opgelopen in de tropen of subtropen. In Nederland komt het alleen voor als importziekte. De ziekte wordt veroorzaakt door protozoa die tot het genus Leishmania behoren. Via een beet van zandvliegen worden de protozoa overgedragen. Er zijn meer dan twintig verschillende soorten Leishmaniae bekend die infectieus zijn voor mensen. De term leishmaniasis wordt gebruikt voor een groep van ziekten met veel verschillende klinische manifestaties die veroorzaakt worden door verschillende leishamaniae. De ziektebeelden worden ingedeeld in cutane leishmaniasis, mucocutane leishmaniasis en viscerale leishmaniasis.
Cutane leishmaniasis kenmerkt zich door een of meerdere huidleasies.
Mucocutane leishmaniasis treedt op bij 1-5 % van de geïnfecteerden maanden tot jaren na genezing van de primaire huidlaesie. Hierbij ontstaan laesies van de slijmvliezen die kunnen resulteren in ernstige obstructies en ernstige secundaire infecties van de luchtwegen.
Viscerale leishmaniasis is de meest ernstige manifestatie. Het ziektebeeld kan acuut, maar ook geleidelijk ontstaan en wordt gekenmerkt door koorts, gewichtsverlies, splenomegalie, lymfadenopathie, hepatomegalie en pancytopenie.
Met behulp van PCR-technieken gericht op Leishmania-DNA kunnen materialen zoals beenmergbiopten/-aspiraten, lymfeklierbiopten, huidbiopten en bloed worden onderzocht. De materialen mogen niet worden gefixeerd in formaline. Vloeibare materialen (bloed/beenmerg) dienen te worden aangeleverd in een EDTA buis. Overige materialen (biopten) ongefixeerd aanleveren in een steriele buis, met een kleine hoeveelheid fysiologisch zout.
PCR is de meest sensitieve diagnostische test voor cutane leishmaniasis. Na behandeling kan de PCR nog enige tijd positief blijven.
Serologisch onderzoek bij cutane leishmaniasis heeft een geringe sensitiviteit door het ontbreken van een meetbare antistofrespons. Bij viscerale leishmaniasis is er wel een meetbare antistofrespons, deze antistoffen zijn echter ook na succesvolle behandeling langdurig meetbaar. Serologisch onderzoek kan worden verricht op serum en/of liquor.
Virologisch en Moleculair onderzoek kan worden aangevraagd bij de virologie, vermeld hierbij de reisanamnese.
Microscopisch onderzoek op huidpuncties (bijv. van de ulcusrand), biopten of bloed met behulp van Giemsa-kleuring kan worden verricht bij de bacteriologie na overleg met de dienstdoende arts-microbioloog.
Moleculair (PCR) en microscopisch onderzoek op huidpuncties (bijv. van de ulcusrand), (beenmerg/lymfeklier)biopten of bloed kan worden verricht bij de bacteriologie vermeld hierbij tenminste de reisanamnese na overleg met de dienstdoende arts-microbioloog (tel. 74339).
Serologisch (DAT) onderzoek kan worden aangevraagd bij de Virologie, vermeld hierbij tenminste de reisanamnese.